In de stad: Wat Phnom en de (nieuwe) Central Market

22 juni - Heel rustig aan vandaag. Na het ontbijt brengt de Snaai ons weg voor een klein toertje tuktuk. Jassinca heeft nog hevige steeds last en blijft voorlopig hofleverancier van chocomelk. We tukken naar de Wat Phnom in het noordelijke stukje van de stad. Phnom is trouwens het Khmer-woordje voor "heuvel", wat staat voor "tempel". Ondanks het ochtendlijk uur is het toch terug behoorlijk drukkend warm. Als we de trappen omhoog op willen, worden we gewezen op het feit dat je als buitenlander moet betalen: 1 dollar.

Na betaling slepen we ons de trappen op naar...stelt-eigenlijk-niet-zoveel-voor-tempeltje...geplaatst tussen het groen op een door mensengemaakte heuvel. De tempel staat eigenlijk voor alles wat Phnom Penh is (behalve dan de Killing Fields): een vrij zielloze stad aan een rivier, in niets te vergelijken met bijvoorbeeld Bangkok. We wandelen wat rond de heuvel en stoten op een enorm uurwerk gemaakt in de graskant.

De Snaai staat een straatje verder ons op te wachten waarna we langs enkele oude vervallen glorie van de Franse kolonisator rijden...de meeste van deze oude huizen zijn vervallen tot kraakpanden. We rijden verder naar de Central Market of Psar Thmey. Het is een overdekte markt die wat weg heeft van een vliegende schotel die in de stad geland is. Binnen is het een wirwar van kraampjes waar je zowat vanalles kan vinden, gaande van verse vis, "vers" vlees (je komt te laat want de vliegen hebben het duidelijk als eerste gevonden), bloemen, kledij, schoenen, electronica, ... Na twee uurtjes dwalen en geurtjes snuiven houden we het voor bekeken, het is te warm en er is te weinig te zien, we reppen ons naar de koelte van de hotelkamer waar we Jassinca terug vinden, verliefd op de WC-pot (allé, haar sproeikant toch).

Jassinca wordt dan maar aan een extra portie "opstopper" gehangen en de rest van de dag brengen we door aan het zwembad. 's Avonds op de kamer gegeten en een gezelschapsspelleke gedaan.